station | Geeft de letter aan die u toewijst aan een gedeelde map |
* | Geeft de eerst volgende beschikbare stationletter. In combinatie met /DELETE, geeft aan alle verbindingen te verbreken. |
poort | Geeft de naam aan van de parallelle poort die u hebt toegewezen aan de gedeelde printer. |
wachtwoord | Geeft het wachtwoord voor de gedeelde bron indien aanwezig. |
? | Geeft aan dat u wilt dat er om het wachtwoord gevraagd wordt voor de gedeelde bron. U hoeft deze optie niet te gebruiken tenzij het wachtwoord optioneel is. |
/SAVEPW:NO | Geeft aan dat het wachtwoord dat u intypt niet in de wachtwoordlijstbestand wordt opgeslagen. U moet het wachtwoord opnieuw intypen de volgende keer dat u een verbinding met deze bron maakt. |
/YES | Voert de opdracht NET USE uit zonder te vragen om gegevens of het bevestigen van acties. |
/NO | Voert de opdracht NET USE uit waarbij automatisch gereageerd wordt met NO als er gevraagd wordt om een actie te bevestigen. |
/DELETE | Verbreekt de opgegeven verbinding met een gedeelde bron. |
/HOME | Maakt een verbinding met uw HOME map indien er één is opgegeven in het LAN-beheer of in de Windows NT-gebruikersaccount. Maakt je "prive" map drive aan. |
/PERSISTENT:{YES | NO} | Indien er voor Yes wordt gekozen, zal er met de bekende inlognamen en paswoorden geprobeert worden verbinding te maken. |